De bedrijfsvoeringstaken Inkoop & contractmanagement, ICT en personeels- en salarisadministratie zijn geconcentreerd in SSC ONS. De samenwerking in SSC ONS beoogt het volgende resultaat:

• continuiteit door beperking van organisatorische kwetsbaahrheid;
• verhoging van de (erkenning van) professionaliteit en deskundigheid van medewerkers;
• verhoging van de kwaliteit van de werkprocessen;
• efficiency ten aanzien van de inzet van beschikbare medewerkers;
• een gebundeld investeringsvermogen;
• realisatie van besparingen door schaalvoordelen.

SSC ONS heeft een begroting voor 2019 en een meerjarenraming voor de periode 2020-2022 opgesteld (PS/2018/274). Voor 2019 is € 14,1 miljoen begroot op basis van 98 fte.  SSC ONS heeft een jaarlijkse besparingsdoelstelling van 2,5%, oplopend tot 10% in 2022 (€ 1,2 miljoen).

Op basis van een door de colleges in 2016 vastgestelde verrekensystematiek wordt bepaald welke bijdrage iedere deelnemer verschuldigd is voor instandhouding van de bedrijfsvoeringsorganisatie en het uitvoeren van de taken, onderverdeeld naar standaarddienstverlening, maatwerkdienstverlening en meerwerk.

Omdat de bedrijfsvoeringsorganisatie te allen tijde aan zijn verplichtingen jegens derden moet kunnen voldoen is bepaald dat een negatief saldo naar evenredigheid over de deelnemers wordt verdeeld. Afspraken hierover zijn vastgelegd in de verrekensystematiek.

SSC ONS mag een weerstandsvermogen van maximaal 5% van de jaaromzet opbouwen. Als de gekwantificeerde risico's hoger zijn dan 5% van de jaaromzet, dient het weerstandsvermogen daarop te worden aangepast.

Oktober 2016 informeerden wij u over het voornemen om de huidige juridische vorm – een centrumconstructie op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen - te wijzigen in een bedrijfsvoeringsorganisatie op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Aanleiding hiervoor was een aanbeveling van de rekenkamercommissies van Kampen en Zwolle om de juridische basis van ONS te verstevigen.

In september 2017 stemde u in met het besluit tot oprichting van Gemeenschappelijke Regeling Bedrijfsvoeringsorganisatie Shared Service Centrum ONS (Statenvoorstel en besluit). De omvorming is met ingang van 1 januari 2018 geëffectueerd.

Uitgangspunt voor de komende jaren zijn continuering en verbetering van de huidige dienstverlening en klanttevredenheid. Daarnaast zet SSC ONS in op groei langs twee assen: nieuwe partners en andere taakvelden van dienstverlening.

https://ons.zwolle.nl/

Deze verbonden partij draagt niet bij aan één specifiek beleidsdoel in de Begroting. De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.

De vennootschap heeft tot doel:

• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders van Essent ter dekking van eventuele aansprakelijkheid bij het afkopen van de Cross Border Leases (CBL’s).
• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders van Essent met betrekking tot het geven van instructies aan de escrow-agent waar het fonds wordt aangehouden.

De boekwaarde van de verbonden partij is nihil. Eind juni 2011 zijn alle CBL contracten vervroegd beëindigd. Het vermogen in het CBL escrow fonds was initieel $ 250 miljoen. In 2016 is het fonds geliquideerd. Voor eventuele nakomende advies- en afwikkelingskosten wordt $ 1 miljoen aangehouden.

Ondanks dat het escrow fonds in juni 2016 is uitbetaald en geliquideerd, dient de vennootschap nog in stand gehouden te worden tot een aantal juridische overeenkomsten die bij de verkoop van Essent aan RWE zijn afgesloten, zijn afgerond. De verwachting is dat dit eind 2019 gaat gebeuren, maar op dit moment is nog niet duidelijk of dit gaat lukken.

Deze verbonden partij draagt niet bij aan één specifiek beleidsdoel in de Begroting. De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.

De vennootschap heeft tot doel :

1. namens de Verkopende Aandeelhouders eventuele garantieclaim procedures voeren tegen RECYCLECO B.V. (“Waterland”);
2. het geven van instructies aan de escrow-agent wat betreft het beheer van het bedrag dat op de escrow-rekening n.a.v. de verkoop van Attero is gestort.

Het aandelenbezit van de provincie Overijssel vertegenwoordigt een boekwaarde van € 19.000.

De garantie- en aansprakelijkheidsbedragen vanuit de verkoop van Attero aan Waterland (d.d. 27 mei 2014) worden gereserveerd op een geblokkeerde rekening (escrow). Voor deze transactie is bepaald dat € 13,5 miljoen (provinciaal aandeel € 2,5 miljoen) ten laste van de verkoopsom in escrow gestort moet worden.

In 2016 is hiervan € 5,5 miljoen aan belastingclaims uitgekeerd aan Waterland, waardoor nog € 8 miljoen resteert. Omdat het onzeker is of de escrow ten gunste van de provincie zal komen, is ons aandeel in de vordering (€ 1,5 miljoen) volledig voorzien in de voorziening afwikkeling verkoop Attero | ESCROW. De escrow kent een looptijd tot en met 2019. De onderhandelingen zijn volop aan de gang. Het is op dit moment nog niet duidelijk of deze onderhandelingen voor eind 2019 zijn afgerond.

-

Energiefonds Overijssel B.V. (opgericht op 13 november 2012) verstrekt leningen, participaties en garanties aan projecten op het gebied van energiebesparing en productie van hernieuwbare energie en draagt zo bij aan de provinciale doelstelling om in 2023 20% van de totale energiebehoefte te halen uit hernieuwbare energie.

Dit belang is verankerd in de statuten van het fonds waarin het doel van de verbonden partij omschreven is als: het verstrekken van financiering aan derden om de ontwikkeling en toepassing van hernieuwbare energie en energiebesparing te versterken.

Het aandelenbezit van de provincie Overijssel vertegenwoordigt ultimo 2017 een boekwaarde van € 100. De provincie staat garant voor het door Energiefonds Overijssel aan te trekken werkkapitaal (omvang € 15 miljoen). Alle bijdragen vanuit het fonds worden terugbetaald of terugverdiend. Het fonds beoogt een (netto) financieel rendement van 0,5 % te realiseren.

In 2019 verwacht Energiefonds Overijssel circa 15 projecten te honoreren met een financiering en/of participatie voor een bedrag van circa € 30 miljoen. Daarnaast is 2019 het eerste volledige jaar waarin Start Green Capital haar rol als fondsbeheerder gaat vervullen.

www.energiefondsoverijssel.nl

De Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel B.V. (opgericht 16 februari 2015) draagt –middels haar werkfondsen– bij aan versterking van de regionale economie in Overijssel. Vanuit de fondsenstructuur worden –via de werkfondsen– provinciale middelen ingezet op basis waarvan andere (private) investeerders mee durven te investeren. Dit draagt bij aan een gunstig vestigingsklimaat dat van belang is voor de Overijsselse welvaart en werkgelegenheid.

De Houdstermaatschappij houdt de aandelen van haar dochtermaatschappijen, de Werkfondsen BV’s. Tezamen vormen zij een holding. De werkfondsen ontplooien economische activiteiten op initiatieven die dicht tegen de markt aanliggen en –relatief– risicovol zijn. De economische activiteiten worden vanuit aparte Werkfondsen BV's uitgeoefend, om deze risico's te scheiden c.q. spreiden. De Houdstermaatschappij houdt toezicht op de werkfondsen en bewaart de middelen. De Houdstermaatschappij kent een Raad van Commissarissen en een fondsbeheerder.

In 2015 is het aandelenkapitaal van de Houdstermaatschappij (€10.000) volgestort en zijn de leningen uit de Voorloperregeling van Innovatiefonds Overijssel (€ 11,8 miljoen) gestort. Aanvullend is in 2016 € 12,3 miljoen verstrekt in de vorm van agiostortingen en beheerkosten. Het totale gestorte vermogen is daarmee € 24,2 miljoen.

Bij de vaststelling van de Strategische beleidsplannen 2016-2018 in februari 2017 besloot u (Statenvoorstel en geamendeerd besluit) de maximale investeringsvolumes van IFO I en II te herzien en te wijzigen naar:

• IFO I: € 25,3 miljoen, jaarlijks op te hogen met middelen die uit IFO II worden overgeheveld naar IFO I;
• IFO II: € 16,2 miljoen, jaarlijks te verlagen met middelen die van IFO II worden overgeheveld naar IFO I.

In 2013 verstrekte de provincie Overijssel een bijdrage van € 19,5 miljoen om de bedrijfsverplaatsing van Stork Thermeq mogelijk te maken. Deze bijdrage (lening) is ondergebracht in de SPV Hengelo die het pand heeft aangekocht. Stork Thermeq betaalt de SPV gedurende 25 jaar huur voor gebruik van het gebouw .

Het resultaat (verschil tussen huuropbrengst en gemaakte kosten) dat de SPV behaalt, is in eerste instantie gebruikt om een weerstandsvermogen van € 2,4 miljoen op te bouwen. Dit vermogen is inmiddels opgebouwd.

In 2017 besloten wij om de bijdrage van de provincie Overijssel aan SPV Hengelo terug te laten vloeien naar de Houdstermaatschappij. Deze middelen worden enerzijds gebruikt om de beheerkosten van de Houdstermaatschappij te betalen en anderzijds om het Innovatiefonds te versterken. Zo wordt Innovatiefonds niet onevenredig belast met de beheerkosten en behoudt zij voldoende omvang en slagkracht. Wij hebben u hierover in 2017 geïnformeerd. Voor 2019 verwachten wij een aflossing van SPV Hengelo van zo’n € 0,6 miljoen.

Het eigen vermogen van de (geconsolideerde) Houdstermaatschappij bedraagt per ultimo 2017 € 17,7 miljoen. Voor het verschil tussen het eigen vermogen van de Houdstermaatschappij en het totale door de provincie gestorte vermogen (€ 24,2 miljoen) houden wij een voorziening aan van € 6,5 miljoen. De boekwaarde wordt daarmee bepaald op € 17,7 miljoen.

Houdstermaatschappij

In 2017 informeerden wij u over de aanpassingen in de werkwijze van de Houdstermaatschappij die wij hebben doorgevoerd. In 2018 wordt het meerjareninvesteringsplan van de Houdstermaatschappij en haar werkfondsen voor de periode van 2019-2022 ontwikkeld. Vanaf 2019 wordt uitvoering gegeven aan de uitvoering van dit plan. Ook hebben wij in 2018 op een andere manier invulling gegeven aan de directie van de Houdstermaatschappij (Statenbrief). In 2019 wordt volgens deze nieuwe werkwijze gewerkt.

Innovatiefonds Overijssel I en II B.V.

U heeft € 41,5 miljoen beschikbaar gesteld voor Innovatiefonds Overijssel voor investeringen waarbij private partijen voor € 150 miljoen (mee) investeren, waardoor 2000 nieuwe arbeidsplaatsen worden gerealiseerd. Innovatiefonds I en II investeren volop in de Overijsselse economie. Wij verwachten dat deze lijn in 2019 wordt doorgezet.

www.hfoverijssel.nl

Deze verbonden partij draagt niet bij aan één specifiek beleidsdoel in de Begroting. De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering. De vennootschap is indertijd opgericht om namens de verkopende aandeelhouders van Essent te bemiddelen in het geschil met EPZ (de exploitant van onder meer kerncentrale Borssele).

Het aandelenbezit van de provincie Overijssel vertegenwoordigt een boekwaarde van € 19.000.

Ondanks dat het escrow fonds in juli 2016 is uitbetaald en geliquideerd (zie Verkoop Vennootschap B.V.), dient de vennootschap nog in stand gehouden te worden. De reden hiervoor is dat de vennootschap partij is in een aantal juridische overeenkomsten (convenanten) die bij de overdracht  van EPZ aan RWE c.q. Delta zijn afgesloten. De verwachting is dat dit eind 2019 wordt afgerond, maar of dit gaat lukken is op dit moment nog niet duidelijk.

-

Deze verbonden partij draagt niet bij aan één specifiek beleidsdoel in de Begroting. De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.

De vennootschap heeft tot doel:

• Het overnemen van vrijwel alle garanties van de verkopende aandeelhouders van Essent aan RWE AG in de verkoopovereenkomst.
• Het voeren van eventuele garantieclaimprocedures tegen RWE AG.
• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders met betrekking tot het geven van instructies aan de escrow-agent die het beheer van het fonds verzorgt.

De vennootschap heeft louter tot doel de financiële afwikkeling van de transactie Essent-RWE adequaat af te handelen.

De boekwaarde van de verbonden partij en onze vorderingen op haar zijn nihil. Begin 2016 bedroeg de escrow € 113 miljoen (waarvan provinciaal aandeel € 21,6 miljoen). In 2016 is overeenstemming bereikt over de uiteindelijke claim: € 29,8 miljoen. Per saldo is na liquidatie van de escrow een bedrag van € 83,2 miljoen vrijgevallen naar de verkopende partijen (provinciaal aandeel € 15,5 miljoen). De voor deze verbonden partij opgerichte voorziening is op nihil gesteld.

Deze verbonden partij heeft tot doel de financiële afwikkeling van de transactie Essent-RWE adequaat af te handelen. Hiervoor was een escrow fonds in het leven geroepen, dat in juli 2016 is uitbetaald en geliquideerd. De vennootschap dient nog in stand gehouden te worden tot een aantal juridische overeenkomsten die bij de verkoop van Essent aan RWE zijn afgesloten, zijn afgerond. De verwachting is dat dit eind 2019 zal plaatsvinden, maar het is nog niet duidelijk of dit gaat lukken.

-

Deze verbonden partij draagt inhoudelijk niet bij aan een specifiek beleidsdoel in de Begroting. De verbonden partij fungeert slechts als een administratief doorgeefluik tussen Enexis en haar aandeelhouders.

Voor een eenvoudigere coördinatie en beheersbaarheid van de belangen van de aandeelhouders is er voor gekozen deze vennootschap tijdelijk op te zetten. De vennootschap heeft tot doel de verkopende aandeelhouders te vertegenwoordigen bij het beheer en de uitoefening van rechten en verplichtingen op grond van de vordering op Enexis Holding NV en de daaraan verbonden back-to-backleningen van de verkopende aandeelhouders.

Wij bezitten 393.711 aandelen die een boekwaarde vertegenwoordigen van € 19.000.

Om de overname van het netwerk van Essent door Enexis in 2009 te financieren was een bruglening in het leven geroepen van de aandeelhouders aan Enexis. Deze bedroeg in totaal € 1,8 miljard en bestond uit vier tranches: A € 450 miljoen, B € 500 miljoen, C € 500 miljoen en D € 350 miljoen . Tranche D wordt september 2019 afgelost, waarmee alle tranches zijn afgelost. Of de vennootschap eind 2019 ook kan worden geliquideerd kan op dit moment nog niet worden aangegeven.

-

Netwerkbedrijf Enexis beheert het energienetwerk in Noord-, Oost- en Zuid-Nederland voor de aansluiting van ongeveer 2,5 miljoen huishoudens, bedrijven en overheden. Deze verbonden partij draagt bij aan het realiseren van een betrouwbaar, betaalbaar en duurzaam regionaal energienetwerk. Dit belang is verankerd in de statuten van Enexis waar het doel van de verbonden partij omschreven staat als:

• Het (doen) distribueren en het (doen) transporteren van energie.
• Het in stand houden, (doen) beheren, (doen) exploiteren en (doen) uitbreiden van distributie en transportnetten met annexen voor energie.
• Het doen uitvoeren van alle taken die als gevolg van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet zijn toebedeeld aan de netbeheerder.

Het bedrijf zet in op duurzaamheid en innovatie, bijvoorbeeld door ontwikkeling van duurzame netten (o.a. pilots smart grids, initiatieven voor decentrale opwekking, eigen bedrijfsvoering).

De provincie Overijssel bezit 29.465.662 aandelen, die een boekwaarde vertegenwoordigen van € 46,3 miljoen.

Enexis Holding N.V. opereert in een gereguleerde markt, onder toezicht van de Energiekamer. Toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft begin 2016 de maximaal toegestane tarieven voor 2016-2021 vastgesteld. Enexis geeft aan dat hierdoor de tarieven en het rendement van de onderneming onder druk komen te staan.

Enexis zet de komende jaren in op thema's die relevant zijn in het licht van het Energieakkoord. Zo neemt zij deel aan de klimaattafels voor het bereiken van een Klimaatakkoord en probeert zij de energietransitie te versnellen vanuit haar huidige en toekomstige infrastructurele rol.

Als kernpartner in het programma Nieuwe Energie 2017-2023 trekt Enexis het uitvoeringscluster 'energie-infrastructuur en warmte'. Ook verzorgt zij de monitoring van de voortgang van het programma. Vanuit een eigen verantwoordelijkheid vervult zij een rol bij regionale planvorming. Gemeenten onderzoeken op wijkniveau welke alternatieve energiedragers mogelijk/wenselijk zijn, de energie-infrastructuur die daarbij hoort en hoe verduurzaming voor langere periode gewaarborgd is. Enexis doet hiervoor de technische analyse en vormt een belangrijke schakel voor regionale afstemming met betrekking tot (nieuwe) energie-infrastructuur.

Ook bij deze nieuwe ontwikkelingen streeft zij naar een goede balans tussen klanttarieven, bedrijfsresultaat en maatschappelijk rendement in de vorm van investering in energietransitie.

www.enexis.nl

De verbonden partij HMO draagt bij aan de kwantiteit en kwaliteit van alle typen werklocaties. HMO draagt zorg voor een goede basiskwaliteit van de werklocaties, zodat bedrijven goed kunnen functioneren en werkgelegenheid behouden blijft of kan groeien.

Dit belang is verankerd in de statuten van HMO waar het (hoofd)doel van verbonden partij omschreven is als: samen met publieke en private partijen – stimuleren en ondersteunen en bijdragen aan het op een duurzame wijze realiseren van herstructurering van bedrijventerreinen en overige registergoederen in Overijssel, met als doel zorgvuldig ruimtegebruik te bewerkstelligen en een goed economisch vestigingsklimaat voor ondernemers te (doen) waarborgen.

Het door de provincie ingebrachte aandelenkapitaal bedraagt € 37,8 miljoen. Met het verbreden van de opdracht is het totale investeringsbudget van HMO uitgebreid naar € 53,4 miljoen:

• Werklocaties € 36,9 miljoen;
• Stadsbeweging 1e tranche € 3 miljoen en 2e tranche € 1 miljoen;
• Masterplan fase II gebiedsontwikkeling Kennispark € 12,5 miljoen.

Het budget voor Masterplan fase II gebiedsontwikkeling Kennispark is onderverdeeld in:

• Transformatie BTC gebouw € 4,5 miljoen;
• Realisatie fase 2 The Gallery € 5 miljoen;
• HTSP € 3 miljoen.

De resterende middelen worden in tranches aan HMO verstrekt. Op basis van een kapitaalbehoefte in de begroting van de HMO, waarin zij aangeeft welke investeringen zij in het komende jaar wil gaan doen, worden de voor dat jaar noodzakelijke investeringsmiddelen ter beschikking gesteld. Hiervoor wordt een liquiditeitsbegroting gemaakt, die onderdeel is van de begroting die wij als aandeelhouder vaststellen.

In oktober 2016 stemde u in met het besluit om de opdracht van HMO te verbreden naar alle typen werklocaties (Statenvoorstel en besluit). Het strategisch beleidsplan en het meerjareninversteringsplan 2018-2022 van HMO zijn hiermee in lijn gebracht en eind 2017 vastgesteld. Daarbij zijn volgende doelen meegegeven aan HMO:

• De basis op orde houden van alle type werklocaties;
• Behoud en versterking van werkgelegenheid;
• Versterking ruimtelijke kwaliteit;
• Behoud van waarde van werklocaties;
• Revolverende inzet van provinciale middelen.

De werkzaamheden van de HMO in 2019 zullen in dit kader worden verricht waaronder die in de topwerklocaties (Twente en West-Overijssel) en de binnensteden.

De provincie is voornemens de HMO onder de Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel (HFO) te brengen. Daarvoor is het eerst noodzakelijk dat de wisselwerking binnen de HFO productiever wordt. Met het aanpassen van de werkwijze van de HFO en het aanstellen van de nieuwe directeur hebben wij gewerkt aan de stabiliteit van de HFO. In 2019 wordt de keuze gemaakt voor de integratie van de HMO onder de HFO. Daarbij is het uitgangspunt dat de effectieve werkwijze van HMO behouden moet blijven.

www.hmo.nl

Deze verbonden partij draagt niet bij aan één specifiek beleidsdoel in de Begroting. De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering. Kerntaak van BNG Bank is om tegen lage tarieven krediet te verstrekken aan of onder garantie van Nederlandse overheden. Zo draagt zij bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke investeringen. Doordat de bank alleen publiekrechtelijke aandeelhouders heeft, is zij onderdeel van de publieke sector. Met het aandeelhouderschap in BNG geeft de provincie Overijssel invulling aan haar publieke taak.

De boekwaarde van het Overijssels aandeel in BNG Bank bedraagt € 0,2 miljoen.

Naast het aandelenkapitaal neemt de provincie Overijssel vanaf december 2015 met twee andere provincies voor € 49,5 miljoen deel in een door BNG Bank uitgegeven hybride lening (totale omvang € 424 miljoen). Eind 2016 is daar een tweede provinciale deelneming van € 25 miljoen bijgekomen. Met de uitgifte van het instrument hybride lening heeft de BNG Bank haar solvabiliteit kunnen verbeteren. Dat is nodig als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving (Basel-III) waardoor banken te maken hebben met aangescherpte vermogenseisen. Het eigen vermogen van BNG Bank bedroeg ultimo 2017 € 4.220 miljoen exclusief € 733 miljoen hybride leningen. De bank heeft vanaf mei 2021 de mogelijkheid om het hybride kapitaal vervroegd af te lossen.

BNG Bank voorziet in goedkope financiering voor overheden. Om tegen lage rentetarieven in te kunnen kopen is vertrouwen nodig van partijen op de geld- en kapitaalmarkt.  Dit vertrouwen wordt uitgedrukt in een rating. Voor BNG Bank is de rating door Standard & Poor’s (S&P) gelijk aan die van de Nederlandse overheid (AAA). Rating bureau Fitch hanteert AA+ en Moody geeft BNG Aaa. Op de ranglijst van de World’s Safest Banks 2017 bezet de bank de vijfde plaats, net voor de Nederlandse Waterschapsbank NWB. BNG streeft er naar deze positie in 2019 vast te houden.

BNG Bank staat op de lijst van instellingen waarvan de obligaties in aanmerking komen voor het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank. Dit is gunstig voor de obligatiehouders, net als het feit dat De Nederlandsche Bank de BNG aanmerkt als systeembank.

Gelet op de voortdurende onzekerheden over onder meer renteontwikkelingen, marktvolatiliteit, ongerealiseerde portefeuilleresultaten, wet- en regelgeving en de effecten van de Brexit doet de Raad van Bestuur van BNG in haar jaarverslag 2017, geen uitspraken over het te verwachten resultaat voor 2018 (en 2019). De verwachte jaarlijkse dividenduitkering door BNG blijven wij daarom ramen op nihil.

BNG Bank neemt samen met NN Groep en Bewust Investeren BV het initiatief om scholen, gemeentehuizen en andere openbare gebouwen versneld te verduurzamen. Bewust Investeren organiseert de financiering en verduurzaming van maatschappelijk vastgoed voor gemeenten, BNG Bank en NN Groep stellen hiervoor de komende twee jaar € 300 miljoen beschikbaar. Het doel van de samenwerking is om de komende tien jaar ten minste 10 miljoen vierkante meter maatschappelijk vastgoed te verduurzamen.

www.bng.nl

De verbonden partij versterkt de economie en werkgelegenheid van Oost-Nederland en draagt bij aan het Overijsselse vestigingsklimaat voor innovatieve ondernemers. De inspanningen op het gebied van innoveren, internationaliseren (acquisitie en handelsbevordering) en investeren (verstrekken van risicofinanciering), zijn gericht op HTSM en haar belangrijkste toepassingsgebieden.

Dit belang is verankerd in de statuten van Oost NL waar het doel van verbonden partij omschreven is als: het versterken van de economische structuur en de werkgelegenheid in Gelderland en Overijssel door:

• het economisch ontwikkelingsproces te bevorderen;
• (gericht op bedrijfsinnovatie) het aantrekken/versterken van bedrijven;
• deel te nemen in/financieren van ondernemingen die bijdragen aan de economische ontwikkeling of overige diensten te verlenen voor uitvoering en ontwikkeling van projecten op economisch terrein.

De boekwaarde van het Overijsselse deel in het aandelenkapitaal bedraagt € 10,2 miljoen.

Meerjarenplan Oost NL 2018-2021

In 2018 is het meerjarenplan 2018-2021 van kracht geworden. In dit plan wordt benadrukt dat - ook al is er sprake van hoogconjunctuur - de structurele versterking van de economie van het landsdeel blijvende aandacht behoeft om op langere termijn concurrentiekracht te behouden. De komende jaren ligt de nadruk dan ook meer op:

• de bijdrage vanuit de economie aan grote maatschappelijke vraagstukken;
• het inspelen op de digitalisering van de economie;
• het directe toegevoegde waarde leveren aan (groepen van) bedrijven;
• het vergroten van de integraliteit van de dienstverlening en;
• het laten renderen van de beschikbare liquide middelen in de fondsen.

Voor dit laatste stelt Oost NL separaat een marktaanvalsplan op.

Invest NL

Belangrijke ontwikkeling in de context van Oost NL en de andere Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) in Nederland is de oprichting van de landelijke financierings- en ontwikkelinstelling Invest-NL door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Deze organisatie wordt opgericht om de gewenste investeringen in bedrijven en projecten mogelijk te maken die vanwege hun risico-rendementsverhouding of lange en onzekere terugverdientijd onvoldoende financiering uit de markt kunnen aantrekken. Het Rijksaandeelhouderschap van de ROM’s blijft belegd bij het ministerie van EZK. De wijze waarop de samenwerking tussen Invest-NL en de regio’s wordt vormgegeven is nog niet uitgekristalliseerd. Invest-NL zou reeds op 1 januari 2018 operationeel moeten zijn, maar de start is door het ministerie van EZK uitgesteld tot het voorjaar van 2019.

www.oostnl.nl

Wettelijk is vastgesteld dat de aandelen van de drinkwaterbedrijven in publieke handen blijven. Het belang van de provincie Overijssel als aandeelhouder in Vitens is historisch gegroeid. Met ons aandeelhouderschap borgen wij onze verantwoordelijkheid voor een goede drinkwatervoorziening in Overijssel. Dit belang is verankerd in de statuten van Vitens waar het doel van verbonden partij omschreven is als: De uitoefening van een publiek (drink)waterbedrijf, daaronder begrepen: de winning, productie, transport, verkoop en distributie van water, alsmede het verrichten van alles wat met de publieke watervoorziening verband houdt.

De provincie Overijssel bezit 774.096 aandelen. De boekwaarde daarvan bedraagt €34.991.000,-. Daarnaast is sprake van een achtergestelde lening die per 1 juli 2021 volledig afgelost zal zijn (oorspronkelijk bedrag €24,3 miljoen; oorspronkelijke looptijd vijftien jaar). Verwachte stand ultimo 2019: €3,3 miljoen.

Vitens draagt zorg voor betrouwbare  levering van goed drinkwater tegen zo laag mogelijke kosten. Door duurzame inzet van bronnen en middelen kan Vitens hier ook op de lange termijn aan voldoen. Vitens streeft naar Customer Excellence.

Voor de planperiode 2018 - 2022 is een investeringsvolume van circa €618 miljoen (bruto exclusief bijdragen van derden) voorzien. Dit zijn vooral investeringen  in de bovengrondse- en ondergrondse infrastructuur (circa €467 miljoen) ten behoeve van de continuïteit. Bovengronds wordt met name geïnvesteerd in procesautomatisering (PA), renovaties in productielocaties en security. De investeringen voor ondergrondse infrastructuur zijn gericht op vervanging van hoofd- en aansluitleidingen. Het investeringsvolume voor vervanging en reconstructie van hoofdleidingen wordt de komende planperiode stabiel gehouden tot een niveau van €55 miljoen in 2020 om de verwachte ondermaatse leveringsminuten (OLM) niet boven het huidige peil te laten stijgen. Hiermee wordt circa 1% per jaar van het hoofdleidingnet vervangen.

www.vitens.nl

De verbonden partij Wadinko N.V. geeft ondernemers toegang tot risicofinanciering. De vennootschap heeft ten doel gezonde bedrijvigheid en daarmee de werkgelegenheid te stimuleren in het werkgebied van haar aandeelhouders (Overijssel, de Noord-Oostpolder en Zuidwest Drenthe), met risicodragend kapitaal, kennis, managementondersteuning en netwerken. Wadinko neemt rechtstreeks deel in het aandelenkapitaal van ondernemingen. Zij richt zich op bedrijven die willen groeien of innoveren, zich willen verzelfstandigen of opvolgingsvraagstukken hebben. De bedrijven waar Wadinko bij voorkeur in participeert, behoren tot de maakindustrie en de zakelijke dienstverlening. Dit belang is verankerd in de statuten van Wadinko waar het doel van de verbonden partij omschreven is als: het deelnemen in en het directie voeren over andere ondernemingen die (bij voorkeur) werkzaam zijn in Overijssel, waaronder bedrijven werkzaam op het gebied van kunststoffen en milieutechnieken en zo de werkgelegenheid te bevorderen.

De provincie Overijssel bezit 600 van de 2.389 aandelen welke een boekwaarde van nihil vertegenwoordigen.

De directie van Wadinko heeft in de algemene vergadering (5 juni 2015) haar ambitie voor 2020 aangegeven:

• In totaal 5.000 mensen aan het werk te hebben bij de ondernemingen waar zij in participeert;
• Het bevorderen van de kwaliteit van de bedrijvigheid bij ondernemingen door 1) achtergestelde ondernemingsleningen te verstrekken om versneld te kunnen groeien en 2) verdere uitbouw van de Wadinko Academy en het Wadinko Traineeship;
• De huidige activiteiten te continueren met ophoging van de maximale instapgrens voor het aangaan van een participatie naar € 5 miljoen;
• Het huidige dividendbeleid te continueren tot 2021;
• Een rendement van 4% op het eigen vermogen.

Wadinko heeft samen met een tweetal private partners WIMM opgericht. WIMM richt zich op behoud en ontwikkeling van talent in bedrijven in Overijssel. Ook in 2019 worden gerichte trainingsprogramma’s en opleidingsfaciliteiten geboden aan:

• directeuren van de participaties van Wadinko;
• directies van ondernemingen in het werkgebied van Wadinko;
• medewerkers bij de participaties die toe zijn aan de volgende stap (persoonlijke begeleiding).

Ook is er een traineeship voor jong technisch talent. Zij doen twee jaar werkervaring op bij een drietal participaties. De opzet sluit goed aan bij ons provinciale beleid op Human Capital.

www.wadinko.nl

Deze verbonden partij draagt bij aan de herontwikkeling van de voormalige luchthaven Twente tot Technology Base Twente. De gebiedsontwikkeling heeft tot doel de innovatieve maakindustrie in Twente te versterken als kansrijke aanjager van de regionale economie.

Dit belang is verankerd in de gemeenschappelijk regeling ADT die het doel van de verbonden partij omschrijft als: de herontwikkeling van het projectgebied - als gevolg van de sluiting van de luchtmachtbasis Twente waarmee het militair gebruik van het projectgebied is beëindigd - ten behoeve van toekomstbestendige bestemmingen die een belangrijke bijdrage zullen leveren aan de economie, ecologie en leefbaarheid van de regio. ADT en deelnemers spannen zich in het projectgebied te bestemmen voor woningbouw, bedrijventerrein, luchthaven en natuur, met als uitgangspunt dat de gebiedsontwikkeling moet bijdragen aan een economisch sterker en duurzamer Twente.

ADT (Technology Base Twente) behoort samen met RBT (XL Businesspark), Kennispark Twente en het Hightech Systems Park (HTSP) tot de vier economische toplocaties in Twente.

In de voorziening resultaten gebiedsexploitaties bevindt zich voor ADT per ultimo 2017 een bedrag van € 8,8 miljoen voor:

• Het nadelige effect op de grondexploitatie ad € 8,5 miljoen;
• Te verwachten verplichtingen waarvan het saldo ultimo 2017 € 314 duizend bedraagt (oorspronkelijk € 1 miljoen).

Een risicosimulatie in opdracht van ADT heeft het risico van de grondexploitatie ADT per ultimo 2017 berekend op circa € 7,6 miljoen. Het risico voor de luchthavenexploitatie is berekend op € 1,4 miljoen. Op basis van de herziene grondexploitatie per 1 januari 2018 is een risicoreserve van € 8 miljoen afdoende. Omdat wij hierin voor 50% participeren is onder het weerstandsvermogen € 4 miljoen risicoreservering opgenomen voor het ADT.

De jaarlijkse actualisatie van de grondexploitatie heeft plaatsgevonden en de afgesproken financiële jaarstukken zijn door ADT rechtstreeks aan u verstrekt (PS/2018/304).

Technology Base is een bedrijventerrein dat zich onderscheidt op het gebied van ontwikkelen, testen, demonstreren en produceren van innovatieve producten. Technology Base beschikt over een eigen luchthaven voor met name zakelijk en recreatief vliegverkeer, en vliegverkeer voor ontmanteling, drones, onderhoud en reparatie.

Provincie, gemeente Enschede en ADT werken, in samenwerking met de regio, aan deze ontwikkeling. In maart 2018 stelde de gemeenteraad van Enschede de bestemmingsplannen Noord en Midden vast, zodat Technology Base bedrijven kan faciliteren die positief bijdragen aan de Twentse economie.

Samen met Enschede en ADT heroriënteren we ons op dit moment op de ontwikkelstrategie van de gebiedsontwikkeling. Daarin gaat het onder meer om governance, zeggenschap, eigendomsverhoudingen en kaderstelling.

De in 2017 benoemde voorkeuren worden - na een hernieuwde consultatieronde bij Raad en Staten in 2018 - tot finale voorstellen uitgewerkt. De gekozen structuur voor de verschillende onderdelen van de gebiedsontwikkeling zal in 2019 geïmplementeerd worden.

www.adttwente.nl

www.technologybase.nl

De Omgevingsdienst IJsselland (ODIJ) is de opvolger van de netwerk-RUD IJsselland, een bestuurlijke samenwerking op basis van een overeenkomst.

ODIJ heeft ten doel om de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving van milieutaken in IJsselland kwalitatief beter en efficiënter uit te voeren, door de samenwerking van de IJssellandse gemeenten en de provincie in een afzonderlijke dienst vorm te geven.

Dit belang is ook verankerd in de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst IJsselland.

ODIJ heeft een begroting opgesteld voor 2019, ter hoogte van in totaal ca € 10,2 miljoen, waarvan € 9,8 miljoen structureel, op basis van ruim 83,5 fte voor het primaire proces (PS/2018/291). De financiering van ODIJ vindt over de eerste twee jaar plaats op basis van input: elke deelnemer betaalt de kosten van de medewerkers die worden ingebracht, vermeerderd met een percentage voor formatieve- en materiële overhead. De bijdrage van de provincie Overijssel aan ODIJ over 2019 bedraagt € 1,05 miljoen. De deelnemers zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor eventuele financiële risico’s/tekorten van ODIJ, naar rato van hun inbreng. In de gemeenschappelijke regeling is opgenomen dat ODIJ een eigen weerstandsvermogen mag opbouwen, met resultaten die jaarlijks behaald worden. Dit weerstandsvermogen is gekoppeld aan een nader door het Algemeen Bestuur te bepalen maximum, passend bij het risicoprofiel van ODIJ.

Eind 2016 stemde u in met het besluit tot oprichting van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst IJsselland (Statenvoorstel en besluit). Deelname is een wettelijke verplichting voor de deelnemers, voor wat betreft het zogenaamde basistakenpakket. Daarnaast hebben de deelnemers de vrijheid om aanvullende taken in te brengen. De deelnemers zijn en blijven bevoegd gezag. Bevoegdheden worden niet gedelegeerd maar in mandaat overgedragen.

ODIJ is opgericht op 22 december 2016. De dienst is vanaf 1 januari 2018 operationeel. Het jaar 2019 zal in het teken staan van het door ontwikkelen van de organisatie. De ingeslagen weg zal worden voortgezet.

www.odijsselland.nl

De Omgevingsdienst Twente (ODT) is de opvolger van de netwerk-RUD Twente, een bestuurlijke samenwerking op basis van een overeenkomst. Op het moment van schrijven van deze Begroting heeft oprichting van de Omgevingsdienst Twente nog niet plaatsgevonden.

ODT heeft ten doel om de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving van milieutaken in Twente kwalitatief beter en efficiënter uit te voeren, door de samenwerking van de Twentse gemeenten en de provincie in een afzonderlijke dienst vorm te geven

Dit belang is ook verankerd in de gemeenschappelijke regeling  Omgevingsdienst Twente.

ODT heeft een eerste begroting opgesteld voor 2019, ter hoogte van in totaal ca € 10,8 miljoen, waarvan € 10,6 miljoen structureel, op basis van ruim 89,1 fte voor het primaire proces (PS/2018/497).

De financiering van ODT vindt over de eerste twee jaar plaats op basis van input: elke deelnemer betaalt de kosten van de medewerkers die worden ingebracht, vermeerderd met een percentage voor formatieve- en materiële overhead. De bijdrage van de provincie Overijssel aan ODT voor 2019 bedraagt € 1,14 miljoen. De deelnemers zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor eventuele financiële risico’s/tekorten van ODT, naar rato van hun inbreng.

In de gemeenschappelijke regeling is opgenomen dat ODT een eigen weerstandsvermogen mag opbouwen, met resultaten die jaarlijks behaald worden. Dit weerstandsvermogen is gekoppeld aan een nader door het Algemeen Bestuur te bepalen maximum, passend bij het risicoprofiel van ODT.

Mei 2017 nam u het besluit om in te stemmen met de oprichting van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Twente (Statenvoorstel en besluit). Deelname is een wettelijke verplichting voor wat betreft het zogenaamde basistakenpakket. Daarnaast hebben de deelnemers de vrijheid om aanvullende taken in te brengen. De deelnemers zijn en blijven bevoegd gezag. Bevoegdheden worden niet gedelegeerd, maar in mandaat overgedragen.

ODT is opgericht op 6 oktober 2017. In 2018 vindt de nadere uitwerking plaats: het vaststellen van een begroting; het plaatsen van medewerkers en het opstellen van onder meer een sociaal plan en diverse reglementen. De dienst is vanaf 1 januari 2019 operationeel. Het jaar 2019 zal in het teken staan van het inrichten van de dienst en het opstarten van de werkzaamheden. De deelnemende partijen hebben hiervoor een vast omschreven takenpakket ingebracht en het bijbehorende personeel en of middelen.

--/--

Het realiseren van een regionaal bedrijventerrein draagt bij aan Gebiedsgerichte ontwikkeling van topwerklocaties. De betrokken partijen willen een regionaal grootschalig en duurzaam bedrijventerrein realiseren. De provincie neemt deel in de ontwikkeling, exploitatie en beheer van dit bedrijventerrein.

Dit belang is verankerd in de gemeenschappelijk regeling RBT die de taak van de verbonden partij omschrijft als:  het (duurzaam) ontwikkelen, realiseren, exploiteren en beheren van het bedrijventerrein. De verbonden partij richt zich op vestiging van bedrijven met grootschalige industriële productie of actief in de transport- en distributiesector met een terreinquotiënt van 20 tot 50 arbeidsplaatsen per hectare en een ruimtebehoefte vanaf 2 ha. RBT (XL Businesspark)  behoort samen met ADT (Technology Base Twente, Kennispark Twente en het Hightech Systems Park (HTSP) tot de vier economische toplocaties in Twente.

De grondexploitatie van RBT per 1 januari 2018 geeft een stand van € -25,0 miljoen netto contante waarde. De provinciale jaarrekening 2017 is hierop gebaseerd. Het provinciale aandeel (23%) in dit tekort - zijnde € 5,75 miljoen - is opgenomen in de voorziening resultaten gebiedsexploitaties.

Bij vaststelling van de jaarstukken 2015 heeft het Algemeen Bestuur besloten om de kosten van parkmanagement en bovenwijkse voorzieningen niet langer in de grondexploitatie mee te nemen,  maar te activeren op de balans en af te schrijven over een periode van twintig jaar. Deze werkwijze is in lijn met de gewijzigde vereisten van de BBV. De kosten worden geraamd op € 152 duizend per jaar tot het eind van de looptijd van het XL Businesspark Twente. De provincie heeft de dekking voor de eerste vijf jaar 2017-2021 geregeld, inclusief 2% rente. Na vijf jaar vindt een evaluatie plaats, waarna een nieuw voorstel volgt. Dit alles overeenkomstig uw besluit op het Statenvoorstel Dekking investeringen Regionaal Bedrijventerrein Twente.

Het Algemeen Bestuur heeft de projectorganisatie gevraagd  of zij, conform de door uw aangenomen motie Van de Heuvel, een voorstel wil uitwerken om over te gaan van een gemengde regeling naar een collegeregeling. Dit besluit zal nog in 2018 geëffectueerd worden.

Het jaar 2019 zal in het teken staan van het benutten van de potentie van het XL Businesspark Twente als toplocatie voor grote ruimtevragers. Dit is van belang voor de werkgelegenheid en voor een concurrerend Twente als regio.

http://xlpark.nl/

De Leemtewet (aanvulling Wet milieubeheer) waarborgt dat gesloten stortplaatsen geen of zo weinig mogelijk gevolgen voor het milieu hebben. Op grond van deze wet zijn wij  bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor de nazorg van stortplaatsen waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn of worden gestort.

Om invulling te geven aan de verantwoordelijkheid van de Leemtewet bepaalt de wet (art. 15.44 Wm) dat uw Staten een heffing instellen ter bestrijding van de kosten van de nazorg¬maatregelen bij stortplaatsen waar na 1 september 1996 nog afval gestort wordt. Deze heffing wordt bij belastingverordening opgelegd aan de exploitanten van de stortplaatsen in Overijssel. Uw Staten hebben deze belastingverordening op 30 maart 1999 vastgesteld. Wij zijn verplicht de opbrengsten van de heffing af te dragen aan het ‘Fonds nazorg gesloten stortplaatsen Overijssel’.

Sinds enkele jaren is de bijbehorende tarieventabel buiten werking gesteld, omdat tot 2016 de verwachting was dat de omvang van het fonds en de verwachte rendementen voldoende zouden zijn om de vereiste doelvermogens te realiseren. Dit laatste is niet meer het gevaL. Zie de aanvullende toelichting bij bijzonderheden.

Eind 2013 is besloten om van het aanwezige vermogen circa € 10 miljoen door een professionele belegger (Schretlen en co onderdeel van Rabobank) te laten beleggen in aandelen en obligaties. De resterende € 1,5 miljoen wordt als liquide middelen aangehouden.

Gelet op de huidige rentetarieven is het hoogst onzeker of het afgesproken te behalen rendement van 5,06% gerealiseerd kan worden. Naar het zich laat aanzien zullen de stortvolumes in 2019 blijven afnemen. Dit zal tot gevolg hebben dat de stortlocaties langer open zullen blijven dan voorzien. Dit kan gevolgen hebben voor de opbouw van de vereiste doelvermogens.

De voor de stortlocaties opgestelde nazorgplannen zijn in 2016 geheel herzien. Hierbij heeft tevens een herberekening van de vereiste doelvermogens plaatsgevonden. Voor de locatie Elhorst Vloedbelt is het vereiste doelvermogen zodanig gewijzigd dat de verwachting is dat dit niet gerealiseerd zal worden door de rente inkomsten. Voor de andere twee locaties is de verwachting dat het vereiste doelvermogen gerealiseerd gaat worden.

Door vermogensbeheerder Rabobank, is een langjarig prognose rendement afgegeven van 3,1%. Op basis van dit rendement en het nu aanwezige vermogen voor de locatie Elhorst Vloedbelt is de verwachting dat er in 2082 nog een tekort is van circa € 5,5 miljoen. Door Twence een jaarlijkse heffing van € 40.000 op te leggen in combinatie met een prognose rendement van 3,1% zal het vereiste doelvermogen voor de locatie Elhorst Vloedbelt gerealiseerd kunnen worden.

-

Als vereniging draagt IPO niet bij aan een specifieke prestatie in de begroting. Echter, lidmaatschap van IPO is van belang voor de bestuurlijke betrokkenheid bij de kerntaken die de provincies gezamenlijk uitvoeren. De vereniging IPO heeft tot doel:

• Het behartigen van de belangen van provincies.
• Het bieden van een platform voor uitwisseling van kennis en ervaringen.
• Het stimuleren en entameren van vernieuwingsprocessen binnen de provincies.

Op 9 september 2014 hebben Gedeputeerde Staten ingestemd met het afgeven van een borgstelling ter hoogte van €0,6 miljoen aan het IPO voor een lening van BNG, ten behoeve van de overbrugging van de verhuizing naar en inrichting van nieuwe kantoorruimte van het IPO. De stand van de garantstelling per 31 december 2017 is €0,42 miljoen. De garantstelling vervalt op 15 oktober 2024. Aflossing en rente verloopt via de jaarlijkse provinciale bijdragen aan het IPO. Bij een eventueel inroepen van de garantstelling wordt het effect voor Overijssel verrekend met de IPO-bijdrage.

In 2017 heeft de betaling van de derde termijn plaatsgevonden, waardoor de hoogte van de garantstelling ook navenant lager wordt en uitkomt op €0,42 miljoen.

www.ipo.nl